blog

praktijkverhalen

afscheidsdienst

“Bij de uitvaart van mijn zus mocht ik niet spreken. Dat doet nog steeds pijn.”
“Toen mijn broer overleed stond ik niet op de kaart. Alsof ik er niet toe deed.”

Wanneer ik mensen begeleid bij het vormgeven van een uitvaart, komt er vaak oud zeer bovendrijven. Over een uitvaart waar iemand niet welkom was, geen rol kreeg of zich aan de kant geschoven voelde. Als rouw- en verlieskundige weet ik dat afscheid kunnen nemen van een dierbare voor iedereen belangrijk is. Het helpt bij de verwerking om tijdens een afscheid een herinnering te delen, een kaars te branden of met een gedicht de laatste eer te kunnen bewijzen. Maar in de praktijk krijgt niet iedereen die kans. De pijn die dat veroorzaakt blijft mensen soms een leven lang bij. Want een afscheid kun je nooit meer overdoen.

Oud en nieuw

Wie geef je een rol tijdens de afscheidsceremonie? Dat kan een beladen kwestie zijn. Zodra ik nabestaanden vraag wie er op de kaart mag, voel ik vaak al hoe de verhoudingen liggen in een familie. Als mensen kinderen krijgen ontstaat er een nieuw gezin. Sommige mensen vinden dat de partner en kinderen alle ruimte moeten krijgen bij een afscheidsdienst. Dat betekent dat broers en zussen soms worden vergeten. Het nieuwe gezin wordt dominant en het oude gezin schuift naar de achtergrond.

Ik maak regelmatig mee dat kinderen van een overledene zeggen: ik wil niet dat tante Pietje bij de uitvaart is. Of ik wil niet dat oom Mohammed gaat spreken, want die is altijd zo lang van stof. Dan wordt er gekozen voor familieleden of vrienden die goed kunnen spreken. Waardoor broers en zussen een stap terug moeten doen. Soms stel ik in zo’n geval voor om iemand van tevoren de tekst te laten sturen. Als die te lang is, vragen we om het in te korten. En als iemand zich toch niet aan de tijd houdt, kan ik subtiel onderbreken.

Twee kampen

Het komt ook voor dat kinderen zeggen: ‘Die oom of tante haalt altijd oude koeien uit de sloot. Die praat alleen maar over vroeger.’ Broers en zussen kennen natuurlijk de geschiedenis van zo’n gezin. Zij weten soms dingen, waar de nieuwe sociale kring niets van mag weten. Familiegeheimen die niet boven tafel mogen komen. Soms zijn er in een gezin twee kampen ontstaan, omdat er door ouders verschil is gemaakt tussen broers en zussen. Dat is heel schrijnend. Ik heb wel eens twee uitvaartdiensten voor één overledene georganiseerd.

Als uitvaartbegeleider conformeer ik me altijd aan de wensen van de opdrachtgever. Maar bij spanning tussen nabestaanden probeer ik waar mogelijk met tact oplossingen aan te dragen. Als iemand niet mag spreken, kun je zinnen uit iemands verhaal meenemen in het welkomstwoord. Of je bedankt diegene in het slotwoord en geeft het gedicht of de toespraak uitgeprint mee. Je kunt ook afspreken dat iemand niet op de uitvaart mag spreken, maar wel tijdens een condoleance. Bij een bezoek aan het mortuarium kan iemand ook een muziekstukje draaien of een gedicht voordragen, waar tijdens de uitvaart geen ruimte voor is. Door van tevoren goed te communiceren over de rolverdeling, zorg je dat iedereen zich gehoord en gezien voelt.

Oplossingen

Soms is er tussen bloedverwanten verwijdering ontstaan. Ook dan is het waardevol om je als nabestaande tijdens het regelen van een uitvaart af te vragen: welke behoefte zou ik zelf in deze situatie hebben? Ook al is iemand geëmigreerd naar Amerika, zorg dat er een livestream is. Of vraag iemand om een tekstje te appen, wat namens diegene wordt voorgelezen. Ook al is iemand al jaren uit beeld, stuur toch een kaartje of een appje, zodat diegene alsnog kan besluiten om te komen. Of stuur de kaart op de dag van de uitvaart, zodat diegene achteraf nog naar het crematorium kan komen waar de bloemen liggen. Zo gun je iemand toch om afscheid te nemen.

Ruimte geven

Een tijd geleden begeleidde ik de uitvaart van een tweelingzus van begin zestig, die na een lang ziekbed had gekozen voor euthanasie. De overledene was groot en blond, met blauwe ogen. Een extroverte vrouw, creatief en muzikaal. Haar tweelingzus was een heel ander type: een kleine donkere, introverte vrouw. Als kind waren ze heel hecht geweest en zaten samen op het schippersinternaat. Later in hun leven hadden ze een paar jaar geen contact gehad. Het botste doordat ze allebei zo verschillend waren. Na hun vijftigste verjaardag was het weer goed gekomen. Het was mooi om te zien hoe haar man de tweelingzus ruimte gaf bij de uitvaart. Ze hielp mee met de verzorging, reed de kist samen met hem de aula in, en ze sprak een woordje tijdens de afscheidsdienst. Ze deelden hun rouw. Dat was een goed voorbeeld van hoe het ook kan.